Lees meer over het dieet van een konijn

Een goed dieet

Hoofdbestanddeel van het dieet zou onbeperkt hooi van goede kwaliteit moeten zijn, liefst timotei hooi. Grashooi is een goed alternatief.

Verder geeft u een gevarieerd, maar beperkt (kleine stukjes) aanbod aan groente, fruit en verse kruiden. Geschikt zijn onder andere donkergroene bladgroenten (boerenkool, spinazie, wortelloof, bietenloof, paksoi), paprika, wortel, broccoli, witlof, kiwi, appel en peterselie. 

Indien u persé nog iets extra's wil geven aan uw konijn, kunt u een beperkte hoeveelheid gepelleteerd konijnenvoer (allemaal dezelfde brokjes) geven. Laat u niet verleiden om dit continu beschikbaar te stellen of om het zo vaak beschikbaar te stellen dat een kieskeurig konijn kan kiezen om zijn/haar hooi maar niet of te weinig te eten. Mijd voer waar allerlei verschillende zaadjes in zitten, want hiervan kunnen konijnen selectief gaan eten (ze eten alleen de lekkere dingen er uit) waardoor ze geen uitgebalanceerde voeding krijgen! Geef uw konijn nooit meer dan 20 gram pellets per kg lichaamsgewicht per dag. U mag de totale hoeveelheid wel over twee of meer porties verdelen.

Vermijd lik- of zoutstenen. Deze bevatten veel te veel zout en mineralen die met de urine weer moeten worden uitgescheiden en tot blaasgruis of zelfs blaasstenen kunnen leiden!

Waarom?

Konijnendarmen zijn erop ingesteld om veel werk te doen. Wilde konijnen eten immers bijna de hele dag door gras en allerlei onkruid. Niet alleen zijn hun darmen erop ingesteld om een enorme hoeveelheid ruwvoer te verteren, hun tandengroei is er ook op ingesteld om de slijtage, die het eten van zoveel ruwvoer veroorzaakt, bij te kunnen benen. Dit houdt omgekeerd in dat konijnendarmen niet goed werken zonder al dat ruwvoer, en dat konijnentanden en kiezen te snel groeien als ze niet de hele dag voer hoeven te malen. Bovendien vergt het verwerken van ruwvoer veel energie van het lichaam. Als uw konijn niet al die energie hoeft te gebruiken voor het verteringsproces, en bovendien flink energierijke konijnenvoer krijgt waar het nauwelijks enig werk voor hoeft te verrichten, wordt uw konijn zeer gauw erg vet. Ook dat geeft een sterk verhoogde kans op allerlei gezondheidsproblemen.

Wat kan er mis gaan?

Als uw konijn een verkeerd dieet eet kan het (soms levensbedreigende!) spijsverteringsproblemen, tand- en kies- problemen, "haarballen" en osteoporose krijgen. Uw konijn kan ook aan allerlei verkeerde, gevaarlijke dingen gaan knagen.

• Een dik konijn kan vaak zijn eigen caecotrofen niet opeten. Caecotrofen zijn de plakkerige, stinkende keutels die afkomstig zijn uit de blinde darm. Ze bestaan uit nog niet volledig verteerde darminhoud die nog een keer opgegeten moet worden zodat het konijn de vitamines die erin zitten, op kan nemen. Meestal zie je dit soort ontlasting niet eens, want het wordt gelijk opgegeten als het uit de anus komt (een konijn is immers een schoon dier). Als de wam (huidplooi onder de kin) van uw konijn te groot wordt, of zijn buik eenvoudig te dik, kan het niet meer bij zijn anus. Vaak blijft dit soort ontlasting dan aan zijn haren plakken en ziet het eruit als diarree. In de zomer kunnen daar vliegen op af komen die hun eieren erin leggen. Als de larven uit komen, beginnen ze niet alleen aan een maaltijd konijnenontlasting, ze gaan door met uw levende konijn!
• De tanden en kiezen van konijnen groeien gedurende het gehele leven door. De snijtanden groeien wel 2 mm per week! Als de kiezen van uw konijn niet snel genoeg slijten, worden ze te lang. Ook kunnen zich puntige haakjes vormen die in de tong of de wang prikken. Ook de stand van de snijtanden kan veranderen, waardoor het bekende olifantenslagtanden beeld kan ontstaan. Dit kan nog ernstiger worden als uw konijn een lekkerbek is en door zijn etensvoorkeuren te weinig kalk binnenkrijgt! Voorts kunnen knobbels aan de kaak ontstaan, die zich later kunnen ontwikkelen tot de gevreesde kaak abcessen die moeilijk te behandelen zijn en menig konijn zijn leven hebben gekost.
• Als uw konijn te weinig ruwvoer eet, ontwikkelen ze vaak problemen met hun darmmotiliteit: ze worden onvoldoende aangezet tot bewegen, waardoor harde ophopingen van voedsel in hun maag kan ontstaan. Vroeger noemden we ze haarballen; nu weten we dat er weliswaar haar in zit, maar dat de haren niet de oorzaak van het euvel zijn.
• Uw konijn kan zich gaan vervelen als het niet hard moet werken om aan zijn/haar energiebehoefte te voldoen. Het gaat dan aan allerlei dingen knagen die levensgevaarlijk kunnen zijn. Elektriciteitsbedrading en lood, bijvoorbeeld, hebben al menig konijn naar de andere wereld geholpen.
• Uw konijn kan door kieskeurig eten, te weinig beweging en te weinig zon osteoporose krijgen: botontkalking. Een gekke sprong kan dan een gebroken rug tot gevolg hebben.

Dit zijn maar enkele problemen die kunnen ontstaan door een verkeerde voeding. Voorkomen is veel beter dan genezen. Enkele van deze aandoeningen zijn niet te genezen, en sommige zijn zelfs levensbedreigend. Wees wijs, en geef uw konijn gezonde voeding!